Hoe is het nu met… de ringenopstelling?
Vorig jaar verscheen het praktijkvoorbeeld van wiskundedocent Rob van Aperen van Effent over de ringenopstelling die hem helpt te differentiëren. Na het enthousiasme van het begin liep hij tegen obstakels op. Hoe is het nu met de ringenopstelling?
Differentiëren op niveau
De ringenopstelling bestaat uit een tafelopstelling van een buitenste U en een binnenste U, waarin de leerlingen verdeeld zitten. Deze lokaalindeling maakt het veel gemakkelijker om te differentiëren in de les. Bij de meeste onderwerpen begint Rob met een korte instructie waarna de leerlingen in de buitenste u zelfstandig aan het werk gaan. “In de binnenste U zitten 11 leerlingen, in de buitenste 19. Dit geeft me de gelegenheid om met de leerlingen in de binnenste U een heel direct contact te hebben. Hier zitten de leerlingen die gebaat zijn bij meer uitleg”, vertelde Rob toen. Hoe gaat het nu?
Lokaalwisselingen
Na een tijdje merkte Rob dat de vele lokaalwisselingen hem te erg belemmerden. Elk uur het lokaal ombouwen naar de ringenopstelling kostte te veel lestijd. Hij besloot te stoppen met de ringenopstelling. Hij merkte dat hij in de oude opstelling zijn didactiek niet meer zo kon uitvoeren als hij gewend was. “Erg zonde,” vertelt hij. Niet alleen de praktische bezwaren remde Rob in zijn enthousiasme, ook vond hij het lastig om zijn collega’s enthousiast te maken voor zijn lesmethode. Een half jaar lang gaf hij les zoals hij dat vroeger altijd deed, tot het nieuwe schooljaar aanbrak.
Doorzetten
Overtuigd van het succes dat de ringenopstelling de leerwinst van zijn leerlingen vergroot, ging hij het weer proberen. Hij probeerde zijn leerlingen aan te leren om snel met zijn allen de opstelling van de klas te wijzigen. “Dat pikten ze redelijk snel op. Bij het binnenkomen van het lokaal werd gevraagd: ‘Moeten we de stoelen even in de ringenopstelling zetten meneer?’ Meestal kostte dat een minuutje of twee,” vertelt Rob. Wel vergat ik soms de bankjes terug te (laten) zetten en dan had ik een boze collega. Dan zei ik: “Dat doe ik in de hoop dat jij het ook eens probeert”. Na lang aandringen bij de roostermaker heeft Rob nu een vast lokaal en is de opstelling geen belemmering meer.
Nieuwe werkwijze
Vorig jaar zaten de leerlingen met de laagste cijfers per klas in de binnenring en de rest in de buitenring,” zegt Rob. “Tegenwoordig komt het best vaak voor dat een leerling me vraagt waarom hij/zij in de buitenring is geplaatst.” Rob baseert de indeling nog steeds op cijfers, maar hij houdt de leerlingen ook voor dat er in de verdeling best nog wat kan veranderen. “Er zijn redelijk wat leerlingen die, op grond van de proefwerkscore, van de binnenring naar de buitenring verhuisden maar graag in de binnenring waren blijven zitten. Waar mogelijk heb ik het verzoek om toch in de binnenring te zitten, ingewilligd,”
Leerwinst
Nog steeds ziet Rob leerwinst bij de leerling. Zoals hij vorig jaar al zei: “Het komt erop neer dat je je aandacht beter kunt verdelen waarbij je per leerling rekening houdt met hoeveel aandacht hij/zij nodig heeft. En dat vergroot het totale leereffect.”
En nu?
“Ik ga me verder verdiepen in hoe ik er meer leerwinst uit kan halen. Er bestaat inmiddels literatuur over en wellicht dat ik ook wat meer collega’s over de streep kan trekken,” vertelt hij.
Tips voor andere docenten?
“Probeer het gewoon. Ik ben er aan begonnen omdat een collega van een andere school, die dit al enkele jaren zo deed, aangaf bewust in het diepe gesprongen te zijn om te zien waar zij tegenaan loopt. Zo heb ik me laten overhalen. En tegen mijn collega’s zou ik willen zeggen: je kunt dat gerust doen. Begin er niet mee aan het begin van het schooljaar maar halverwege als je de leerlingen al redelijk goed kent. Zo ben je beter in staat om voorkomende probleempjes op te lossen. En dat is vaak een kwestie van gezond verstand.”
Het Effent neemt deel aan het leerlab Digitale didactiek.
Comments are closed.